Kies voor zekerheid!

Kies daarom voor een tandtechnisch laboratorium dat is aangesloten bij de Branchevereniging Tandtechniek

Welkom op Mijnmond.info!

Vind snel een tandtechnisch lab bij u in de buurt!

Veel gestelde vragen

Doorzoek de veel gestelde vragen:


Of kies de eerste letter van uw trefwoord:

a | b | c | d | e | f | g | h | i | j | k | l | m | n | o | p | q | r | s | t | u | v | w | x | y | z


Klik op een vraag om het antwoord te zien.

Tanden en kiezen kunnen met verschillende materialen worden gevuld. Een van die materialen is de witte vulling.

Daarvan zijn er drie soorten die door de tandarts direct in de mond kunnen worden aangebracht: composiet, glasionomeer en compomeer. Het zijn materialen die verschillen van samenstelling. Composiet is de sterkste van de drie. Daarom wordt composiet het meest gebruikt.

Zie ook het trefwoord 'witte vullingen'

Bron: Ivoren Kruis

kroon een kapje over tand of kies  Kroon, een kapje over een tand of kies.

Een kroon is een kapje van metaal en/of porselein dat precies over een afgeslepen tand of kies past. Het kapje zit op de tand of kies vastgelijmd. Door een kroon krijgt de tand of kies zijn oorspronkelijke vorm en functie weer terug.

Player komt hier

Zie ook knop 'kroon en brugwerk' aan de linkerkant of het trefwoord 'kroon en brugwerk'

Bron: Ivoren Kruis, video: www.mijnmond.info

In principe kan bij iedereen met volgroeid kaakbot (vanaf ongeveer achttien jaar) een implantaat worden geplaatst. Voor een succesvolle behandeling moet u wel aan enkele voorwaarden voldoen:

  • U moet voldoende kaakbot hebben voor de verankering van de implantaten.
  • Uw kaakbot moet gezond zijn.
  • Het tandvlees van de resterende tanden moet gezond zijn. Is dat niet het geval dan wordt dit eerst behandeld.
  • U moet bereid zijn de aangebrachte voorzieningen goed te onderhouden. 

De tandarts beoordeelt aan de hand van röntgenfoto’s of u voldoende kaakbot heeft en of het gezond is. Tegenwoordig is het mogelijk nieuw kaakbot te laten ontstaan op plaatsen waar er te weinig van is. 

NB. Roken en bovenmatig alcoholgebruik hebben een zeer nadelige invloed op het succes van de behandeling.

Zie ook trefwoord: 'implantaten'

Bron: Ivoren Kruis

Een witte vulling kan in veel gevallen worden toegepast. Het hangt onder meer af van de grootte van de vulling en de plek waar de vulling moet komen. Welk vulmateriaal in welk geval het meest geschikt is, kunt u met uw tandarts bespreken.

Zie ook het trefwoord 'witte vullingen'.

Bron: Ivoren Kruis en Branchevereniging Tandtechniek

Kronen en bruggen zijn bedoeld als duurzame vervangingen voor tanden en kiezen. Ze benaderen de oorspronkelijke vorm en functie zoveel mogelijk. Een behandeling voor een kroon of brug is ingewikkelder dan voor een gewone vulling. U zult dan ook enkele keren bij uw tandarts moeten terugkomen. Steeds vaker is ook een bezoek aan het tandtechnisch laboratorium onderdeel van de behandeling. Bijvoorbeeld voor de kleurbepaling.

Zie voor meer informatie het trefwoord 'kronen en bruggen' en 'klinisch tandtechnicus kroon- en brugwerk'.

Bron: Ivoren Kruis en Branchevereniging Tandtechniek

1. Het bepalen van de gewenste kleur wit
Allereerst wordt gekeken welke kleur vulmateriaal het beste bij de tand of kies past. Er zijn zeer veel kleuren wit beschikbaar. Door combinatie van verschillende kleuren is het vrijwel altijd mogelijk de juiste kleur te krijgen.

2. Afslijpen van de tand of kies
Wanneer een vulling in een kies moet worden vervangen, dan wordt eerst de oude vulling verwijderd. Wordt een kies voor de eerste keer gevuld, dan wordt alleen het aangetaste deel van de kies weggeslepen. Als de vulling wordt aangebracht om een tand mooier te maken, hoeft niets of slechts zeer weinig van de tand of kies te worden weggeslepen.

3. Droogleggen
Om de vulling aan de tand of kies te laten plakken, moet het tandoppervlak droog zijn. Voor dit 'droogleggen' wordt soms een rubber lapje (de rubberdam) gebruikt. Deze rubberdam wordt over de te behandelen tand of kies getrokken. Ook kan het oppervlak droog gemaakt worden met een afzuiger en wattenrollen.

4. Plaktechniek
Voor composiet en compomeer wordt de tand of kies eerst met een zuur voorbehandeld, waarna een hechtlaag wordt aangebracht. Door belichting wordt deze hechtlaag hard. Bij glasionomeer vindt ook een voorbehandeling met een zuur plaats, maar is een hechtlaag niet nodig.

5. Vullen
Het vulmateriaal wordt meestal in een aantal lagen op de tand of kies aangebracht. De witte vulling van composiet of compomeer komt op de hechtlaag. De glasionomeervulling wordt direct aan de tand of kies geplakt. Vervolgens worden composiet, compomeer en sommige glasionomeren door belichting hard gemaakt. Andere glasionomeren worden na aanbrengen vanzelf hard.

6. Afwerken
Tot slot wordt het oppervlak van de vulling bij composiet en compomeer gepolijst. Glasionomeer wordt met een speciale laklaag afgedekt.

 

Zie voor meer informatie het trefwoord 'wortelkanaalbehandeling'.

Bron: Ivoren Kruis

Na het onderzoek van de tanden en kiezen en het tandvlees kan het voorkomen dat er een of meer tandheelkundige behandeling nodig zijn. Onder de volgende trefwoorden vindt u meer informatie over enkele tandheelkundige behandelingen:

  • (Witte) vullingen
  • Kroon of brug
  • Wortelkanaalbehandeling
  • Instructie bij ontstoken tandvlees
  • Behandeling van verkleuringen
  • Partiële prothese
  • Overkappingsprothese
  • Implantaten
  • Facings

Zie ook: 

  • Verdoving
  • Behandelingen bij kinderen

 

Bron: Ivoren Kruis

Twee manieren van inbrengen

  1. Het implantaat is zichtbaar in de mond (steekt door het tandvlees heen). De tandarts hoeft bij het aanbrengen van de kroon, brug of prothese het tandvlees niet meer open te maken.
  2. Het implantaat wordt na het inbrengen helemaal onder het tandvlees opgesloten. Deze aanpak bezorgt minder napijn. Bovendien is er minder kans op infectie. Het tandvlees wordt bij het aanbrengen van de kroon, brug of prothese opnieuw opengemaakt.

Uw tandarts of kaakchirurg overlegt met u welke aanpak in uw situatie de beste is.

De tandarts of kaakchirurg brengt de implantaten in.

Zie ook trefwoord: 'implantaten'

Bron: Ivoren Kruis

verloop behandeling implantaten 1   Plaats waar het implantaat komt

1. Eerst krijgt u een plaatselijke verdoving rond de plaats waar het implantaat komt. 

verloop behandeling implantaten 2     Het tandvlees wordt losgemaakt

2. Daarna wordt het tandvlees op de plek waar het implantaat moet komen losgemaakt, zodat het kaakbot zichtbaar wordt.

verloop behandeling implantaten 3  Er wordt een gaatje in het bot geboord

 

3. Dan wordt een gaatje in het kaakbot geboord.

verloop behandeling implantaten 4    Het implantaat wordt aangebracht

4. Daarin wordt het implantaat geschroefd of getikt.

verloop behandeling implantaten 5    Het tandvlees wordt gehecht

5. Het tandvlees wordt vervolgens gehecht.

Als u meer dan één implantaat nodig heeft, worden deze vrijwel altijd tijdens dezelfde behandeling ingebracht.

Vertel uw tandarts voorafgaand aan de controle dat u zwanger bent. De eerste drie maanden van de zwangerschap is hij voor de zekerheid terughoudend met het maken van röntgenfoto's. Soms worden uitgebreide tandheelkundige behandelingen uitgesteld tot na de bevalling. Maar de meeste tandheelkundige behandelingen kunt u zonder risico tijdens de zwangerschap ondergaan.

Zie voor meer informatie ook het trefwoord 'gezond gebit', 'zwangerschap', 'tandheelkundige behandeling'.

Bron: Ivoren Kruis

Glasionomeer en compomeer zijn vanwege hun geringere sterkte op minder plaatsen in het gebit toepasbaar. Omdat ze goedkoper zijn en gemakkelijker aan te brengen dan composiet worden ze vooral toegepast in het melkgebit. Dit gebit is namelijk niet blijvend en daarom hoeven de vullingen maar een beperkt aantal jaren mee te gaan. Ook wordt het aangebracht op weinig kwetsbare plaatsen in het blijvend gebit, bijvoorbeeld op plekken waar bij het kauwen nauwelijks druk op komt.

Zie ook: 'glasionomeer'

Bron: Ivoren Kruis

behandeling wortelkanaalbehandeling behandeling wortelkanaal

Tijdens een wortelkanaalbehandeling verwijdert de tandarts het ontstoken tandweefsel. Ontstoken tandweefsel geneest niet meer. Het is een onomkeerbaar proces. Daarom haalt uw tandarts het ontstoken weefsel weg. Een wortelkanaalbehandeling wordt ook wel kanaal- of zenuwbehandeling genoemd.

De wortelkanaalbehandeling
De wortelkanaalbehandeling gebeurt onder plaatselijke verdoving als uw tandweefsel nog (gedeeltelijk) 'levend’ is. Een verdoving is soms niet nodig als uw tandweefsel al is afgestorven. Vaak maakt uw tandarts een of meer röntgenfoto’s. Zo heeft hij een goede controle over het verloop van de behandeling. Uw tandarts maakt eerst uw tand of kies open en verwijdert het ontstoken weefsel. Daarna reinigt hij het kanaal met kleine vijltjes en spoelt hij het met een desinfecterende spoelvloeistof. Vervolgens worden de kanalen gevuld. Na de wortelkanaalbehandeling maakt uw tandarts uw tand of kies weer dicht met een vulling. Als de kies is verzwakt, kan een kroon nodig zijn. Een tand of kies die op deze wijze is behandeld, kan nog lange tijd mee.

Zie voor meer informatie het trefwoord 'wortelkanaalbehandeling'.

Bron: Ivoren Kruis

Een wortelkanaalbehandeling is met een verdoving meestal niet pijnlijk.

Zie voor meer informatie het trefwoord 'wortelkanaalbehandeling'

Bron: Ivoren Kruis

Soms kan uw tandarts geen wortelkanaalbehandeling uitvoeren, omdat er bijkomende problemen zijn. Het kan voorkomen dat de tand of kies moet worden verwijderd. Met uw tandarts kunt u de mogelijke oplossingen bespreken voor de vervanging van uw verloren tand of kies. Denk bijvoorbeeld aan een brug.

Zie voor meer informatie het trefwoord 'brug'.

Bron: Ivoren Kruis

De duur van een wortelkanaalbehandeling is afhankelijk van het aantal wortelkanalen. Tanden hebben meestal één wortel. Kiezen hebben er vaak meer. De behandelingstijd varieert daarom van een half tot anderhalf uur. Vaak kan de tandarts de wortelkanaalbehandeling in één keer afmaken. Soms moet u een aantal keren terugkomen.

Zie voor meer informatie het trefwoord 'wortelkanaalbehandeling'.

Bron: Ivoren Kruis

Na het reinigen van de wortelkanalen kunt u eventueel napijn krijgen, die enkele dagen kan aanhouden. U kunt de napijn met een goede pijnstiller onderdrukken. Een antibioticum is meestal niet nodig.

Zie voor meer informatie het trefwoord: 'wortelkanaalbehandeling'.

Bron: Ivoren Kruis

Als de tandarts iets moet doen wat pijnlijk kan zijn, zal hij in de meeste gevallen eerst voorstellen om te verdoven. Die verdoving bestaat uit een klein prikje, waarna je meestal geen pijn meer voelt. Voel je na de verdoving toch nog pijn, zeg dat dan meteen. De tandarts kan dan nog een beetje extra verdoven. Als de verdoving eenmaal werkt, voelt je wang of lip vaak dik aan en heb je het gevoel dat je moeilijker kunt praten en eten of drinken. Dit gevoel verdwijnt weer nadat de verdoving is uitgewerkt, meestal één of enkele uren na de behandeling. Zie je erg tegen de prik op, dan kun je vragen of de tandarts het eerst wil proberen zonder verdoving. Wordt de pijn te hinderlijk, dan kan de tandarts op jouw verzoek alsnog verdoving geven. De tandarts kan de plek waar de verdoving gegeven wordt iets minder gevoelig maken met een zalfje. 
Sommige tandartsen werken met lachgas. Lachgas veroorzaakt een gevoel van ontspanning en neemt daardoor veel angstgevoel weg. Het lachgas wordt toegediend via een neuskapje. Je moet dan ook goed door je neus in- en uitademen. Lachgas mag overigens niet worden gebruikt in de eerste drie maanden van een zwangerschap. En je mag pas een half uur na behandeling met lachgas weer deelnemen aan het verkeer. Als jouw tandarts geen lachgas gebruikt, kun je vragen of hij je wil doorverwijzen naar een tandarts die dat wel toepast.

Zie voor meer informatie het trefwoord 'angst'.

Bron: Ivoren Kruis

Waarvoor bang?

Je bent misschien bang voor:

  • het geluid van de boor. 
  • het trillen dat je door het boren in je hoofd voelt.
  • pijn tijdens het boren.
  • pijn van de prik voor de verdoving.
  • het idee van de prik.
  • het gevoel dat je geen controle meer hebt als je in de tandartsstoel ligt. 
  • al het onbekende van de behandeling. 
  • het gevoel dat de spreekkamer benauwd is. 
  • het gevoel dat de tandarts jou maar vervelend vindt. 
  • De mogelijkheid dat de tandarts een vergissing begaat.

Als je eenmaal bang bent, is er een kans dat je steeds banger wordt als je bij de tandarts bent. Dat komt omdat je hart sneller gaat kloppen, je een beetje duizelig wordt en je gaat trillen. Deze onprettige sensaties kunnen ervoor zorgen dat het gevoel van angst wordt versterkt. Gelukkig kun je er veel aan doen om het gevoel van angst terug te dringen.

Zie voor meer informatie het trefwoord 'angst'.

Bron: Ivoren Kruis

 

kunstgebit boven en onder     

U krijgt een kunstgebit. Dat is een grote verandering, want uw nieuwe kunstgebit speelt een belangrijke rol bij het kauwen en spreken. Bovendien zijn uw kunsttanden erg belangrijk voor uw uiterlijk. Uw tanden zijn immers uw eerste blikvanger.

Het trekken van tanden en kiezen
Het trekken van tanden en kiezen gebeurt meestal niet in één keer. De tandarts trekt eerst uw kiezen. Pas later uw tanden. Die blijven dus voorlopig nog staan, zodat u niet zonder tanden zult lopen. Tussen het trekken van de kiezen en de tanden zit doorgaans enkele weken. In de tussentijd krijgt het tandvlees de gelegenheid om te genezen en te herstellen. U zult het dus een tijdje zonder kiezen moeten stellen. Met eten is dat een beetje behelpen. Als de wonden nog niet zijn genezen, kunt u het beste zacht voedsel eten. Daarna kunt u gewoon weer eten wat u normaal gewend bent. Meestal zal uw kauwvermogen minder zijn.

Een afdruk maken
Voordat de tandarts de tanden trekt, maakt hij een afdruk van uw kaak. Dat gebeurt met behulp van een afdruklepel, gevuld met een speciaal afdrukmateriaal. In het tandtechnisch laboratorium wordt die afdruk met gips gevuld. Hierdoor ontstaat een gipsmodel. Hierop wordt een goed passende afdruklepel van kunsthars gemaakt. Met deze lepel wordt nóg een afdruk gemaakt om een nóg nauwkeuriger gipsmodel te krijgen. Hierop wordt uw kunstgebit gemaakt.
Bent u tevreden over de kleur, de vorm en de stand van uw eigen tanden? Of misschien juist niet? Informeer uw tandarts hierover vóórdat het kunstgebit wordt gemaakt. Uw tandarts kan u hierin advies geven. Hij zal proberen zoveel mogelijk met uw wensen rekening te houden.

Het kunstgebit wordt direct geplaatst
Vroeger liepen mensen voordat ze een kunstgebit kregen een tijdje zonder tanden. Tegenwoordig hoeft dat niet meer. Het kunstgebit, ook wel immediaatprothese genoemd, wordt onmiddellijk in uw mond geplaatst als de laatste tanden zijn getrokken. Dus direct over de verse wonden heen. Dat vindt u misschien een vreemd idee, maar dit heeft een groot voordeel. Uw kunstgebit zit in het begin namelijk als een soort verband op de wonden.

Als u in de spiegel kijkt, moet u waarschijnlijk erg wennen. Uw mond is nu een maal een belangrijke blikvanger en die is veranderd. Neem een paar dagen de tijd om te wennen en beoordeel pas dan hoe u er met uw nieuwe tanden en kiezen uitziet.

 omslag kunstgebit

Bron: Ivoren Kruis

De behandeling van een kroon of brug verloopt in stappen. Hiervoor twee of drie bezoeken aan uw tandarts nodig. Een kroon of brug wordt niet direct in uw mond gemaakt, maar in een tandtechnisch laboratorium. Hiervoor is ongeveer één tot twee weken tijd nodig.

De behandeling in stappen

afslijpen van de tand of kies Afslijpen van de tand of kies

Afslijpen van de tand of kies
Allereerst wordt een deel van de tand of kies afgeslepen, totdat er genoeg ruimte is om een kroon of brug te maken. Zo nodig krijgt u een plaatselijke verdoving.

afdruklepel met afdrukmateriaal Afdruklepel met afdrukmateriaal

Afdruk maken
Vervolgens maakt de tandarts een afdruk van uw hele kaak of het gedeelte waarin zich de afgeslepen kies bevindt. Hiervoor brengt de tandarts een afdruklepel met een rubberachtige massa in uw mond. Zo ontstaat een afdruk waarin later in een tandtechnisch laboratorium gips wordt gegoten. Op dit gipsmodel wordt de kroon of brug gemaakt. 

 
wasplaatje voor beetregistratie  Wasplaatje voor beetregistratie




Beetregistratie
Met de beetregistratie bepaalt de tandarts hoe de tanden en kiezen van uw onder- en bovenkaak op elkaar passen. Daarvoor is een afdruk van de tegenovergelegen kaak nodig. Hiervoor gebruikt de tandarts een wasplaatje.




kleurbepalen Kleur bepalen



Kleur bepalen
Als de kroon of brug vóór in de mond staat, heeft deze meestal een tandkleurige buitenlaag. Samen met uw tandarts zoekt u een geschikte kleur uit.

 vastzetten kroon of brug  Vastzetten met snelhardend cement


 

Noodvoorziening
Voor uw comfort en ter bescherming van de afgeslepen tand of kies , maakt de tandarts een noodvoorziening (tijdelijke kroon). Eet er geen harde of kleverige producten mee. De tijdelijke kroon is daar niet op berekend. Neem bij breuk of losraken van de tijdelijke kroon contact op met uw tandarts.

Vastzetten
Bij de laatste afspraak past uw tandarts de kroon of brug in uw mond en zet hem vast. Aan de binnenzijde van de kroon of brug brengt hij een snelhardend cement aan. Vervolgens schuift hij de kroon of brug op zijn plaats en drukt hem stevig aan.

opbouw    opbouw2


Opbouw
Als uw tand of kies te weinig houvast biedt voor een kroon of brug, kan uw tandarts eerst een opbouw maken. Hij lijmt de opbouw met een pin in het wortelkanaal vast. Dan plaatst hij de kroon of brug over de opbouw.

Bron: Ivoren Kruis

1. Er is onvoldoende houvast voor een vulling. Door tandbederf kan een groot deel van de tand of kies verloren zijn gegaan.

2. Verbeteren van het uiterlijk. Meestal gaat het daarbij om verkleurde en/of slecht gevormde tanden of kiezen die voor in de mond staan.

een kroon over een voortand   Een kroon over een voortand.

 

Zie voor meer informatie ook het trefwoord 'bleken'

Bron: Ivoren Kruis

Een tand of kies verkleurt meestal niet na een wortelkanaalbehandeling. Als er toch enige verkleuring ontstaat, kan uw tandarts die meestal verhelpen. Hiervoor zijn verschillende mogelijkheden. Vraag uw tandarts om advies.

Zie voor meer informatie ook het trefwoord 'bleken'

Bron: Ivoren Kruis